vrijdag 22 februari 2013

Juweeltje van het Hogeland


Klein Maarslag. Verscholen dodenakker, reeds lang verlaten, ook de kerk is sinds halverwege de 19e eeuw al weg, maar de graven blijven.
Beide nog namijmerend mailt Dicky me een paar uur later de volgende tekst: "stille plaatsen, die uitnodigen tot contemplatie zonder treurigheid, want op de een of andere manier brengen ze een soort vredige stemming teweeg, zonder dat de bezoeker de noodzakelijkheid voelt te zwijgen of eerbiedig op de paden te blijven". Wat mooi.

En wat was het Hogeland weer inspirerend en mooi gisteren.




Het oudste graf -althans wat we konden ontcijferen - dateert van 1662.

Er liggen hereboeren -degelijke namen van de klei en een peerd op de steen,



en mensen met een meer poëtische inslag


of ook gelovend in beelden van sterren?


of een hang naar dramatiek


maar -nooit eerder gezien- meest bijzonder het schaap het kruis dragend


De bewoners van het huisje naast het kerkhof hebben nog lang de erfplicht gehad het paard van de predikant te stallen en de man zelf 'een plek bij het haardvuur' te bieden. 

donderdag 21 februari 2013

Joodse begraafplaats Leens




Een beukenhaag markeert het Joodse gedeelte op de algemene begraafplaats van Leens aan de Achtervalge.


Kleine begraafplaats, met als meest bijzondere element de drie houten grafborden. Ze zijn zeldzaam geworden, doorstaan de eeuwen niet. Maar dat is nog geen reden de conservering zo armetierig aan te pakken. Grote bouten door de borden, metalen en kunststof omhulsel. Het is zeer ontsierend.



De 25 Joodse begraafplaatsen in de provincie Groningen zijn mooi beschreven in een boek van Han Lettinck, 'Klein en groot zijn daar gelijk'. Aan de hand van dit boek bezoek ik ze in de loop van de tijd.